donderdag 17 januari 2013

Fanny in Fetekoffikro




1. oogsten


2. verzamelen


3. triëren van de cacao



4. de toer door het dorp tijdens het koken


5. feestmaal


6. le vieux' proeft voor het eerst chocolade



Met de rode aarde van Afrika in het haar en weemoed in het hart, schrijf ik over mijn verblijf in het toch wel verafgelegen Baoulédorp. De Baoulé zijn een volk uit het midden van Ivoorkust. Zo’n 40 jaar geleden trokken zij naar deze streken om de velden te bewerken. Door klimatologische veranderingen hadden hun wouden plaatsgemaakt voor savanne en daar kan je niet van leven. De Baoulé zijn hier sterk aanwezig in wat men ‘campement’ noemt.  Ik stelde me daar een 10-tal huizen bij voor, maar wanneer ik daar aankom, na een uur in de auto over een aarden weg vol putten en nog eens 7 km met de moto over aan kronkelpad, blijkt dit een groot dorp te zijn. De 50 ballonnen die ik bij had voor de kinderen zijn helemaal niet toereikend en er ontstaat heel wat ophef over. De eerste opmerking die ik dan ook krijg van de chef van de vrouwen in dit dorp, is dat ik volgende keer veel meer kadootjes voor de kinderen moet meebrengen. Naast de Baoulé woont er nog een andere bevolkingsgroep: mensen uit Burkina Faso; zij zijn echt recente immigranten.  Ze leven in een apart deel van het drop omdat hun gebruiken enigszins anders zijn.  De Baoulé spreken een eigen taal en alleen wie naar school gaat of geweest, is spreekt het Frans.  Ik werd begroet met Mambo en Mwarjo. En tijdens mijn verblijf leerde ik nog veel meer uitdrukkingen om elkaar te begroeten. Dat doen de mensen immers voortdurend. Men zoekt echt het contact met elkaar op. Hartverwarmend. Samen met Madeleine, de chef van de vrouwen ben ik naar de velden geweest en heb er mee cacao geoogst en verzameld. En vooral ook kennisgemaakt met alle gewassen die dit woud rijk is. En dan volgde het klaarmaken van al die gewassen. Ik ben het hele dorp rondgeleid, gevolgd door een groep van wel  40 tot soms 80 kinderen. Inclusief enkele kinderen die bang van me waren, me wilden aanraken of op schoot wilden, want ze hadden nog nooit een blanke gezien. De vrouwen hebben allemaal verschillende gerechten klaargemaakt: foutou banaan, foutou taro, verschillende vissschoteltjes, arachidesaus, maïspasta en ik moest alles proeven. De kinderen hebben er nadien nog een feestmaal aan overgehouden. Ondertussen werd het ook duidelijk waar ik zou gaan slapen, bij ‘le vieux’, één van de oudere heren van het dorp. Zijn dochter Alice, met haar 2 maanden oude baby, heeft me door de avond gegidst. Toen ik me gawassen had, mocht ik niet langer mijn kleren aan maar werden die omgeruild door een pagne. En dan kwam de verrassing van de avond: in een dorp zonder electriciteit en water hebben we TV gekeken. Een reeks onwaarschijnlijke reclames van spullen waar de mensen in dit dorp alleen maar van kunnen dromen, een slechte soap en slecht nieuws uit Mali. Onder een flonkerende sterrenhemel werd ik opgenomen bij het groepje oudere vrouwen dat zich ondertussen op de binnenplaats had verzameld. We wisselden uit over het familieleven en over de reden van mijn bezoek. En meteen komt dan natuurlijk de vraag wanneer zij  eens op bezoek mogen komen. Altijd even confronterend. Met de mannen praatte ik ’s avonds over zonnepanelen. En dan was het echt tijd om te gaan slapen. ’s Morgens werd ik opgenomen in de routine van de dag: we hebben geveegd, kleren gewassen en opgehangen, kinderen naar school gestuurd en voor de baby’s gezorgd. Wat mij trof was de waardigheid en kalmte waarmee deze vrouwen dit generaties doorgegeven leven leiden. Onverwachts stond de brommer daar opeens om me weer mee te nemen naar Kavokiva. Echter niet zonder eerst Eteounou te zeggen, tot weerziens. En blijkbaar had ik me goed gedragen, want ik mag volgende keer terugkomen en ik moet dan minstens een week blijven. De gastvrijheid en openheid om mij toe te laten iets van het dagelijks leven mee te maken zal ik niet snel vergeten. Ik heb veel gezien en geleerd. Wat je daarvoor alleen maar kan teruggeven is waardering voor de moed waarmee zij die strijd voor het dagelijks bestaan aangaan. Vooral de vrouwen trekken hier aan de kar!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten